Gemeenschappen aan de randen van Nederland draaien anno 2024 op actieve burgers. Denk aan de gepensioneerde buschauffeur die op vrijwillige basis een onrendabele lijn blijft rijden. Of de dorpsraad die plannen maakt zodat jonge mensen in het dorp kunnen blijven wonen. Juist nu de overheid zich heeft teruggetrokken zijn actieve burgers aan zet. De overheid verwacht dat actieve burgers hun gemeenschap overeind houden, maar doet te weinig om deze burgers aangehaakt te houden.
Want juist deze actieve burgers ervaren vaak onbegrip vanuit de overheid. Vanuit hun leefwereld botsen zij op de systeemwereld van politiek en bestuur. In mijn werk hoor ik dagelijks de voorbeelden. Gemeenten die de dorpshuisbingo verbieden omdat het een kansspel is en er alcohol wordt geschonken. Niet tijdens de bingo, maar de vergunning staat het niet toe, dus moet het afgelopen zijn met dat gezellige momentje. Provincies hanteren strenge bouwregels, waardoor lokale initiatieven met huizen voor starters aan de dorpsrand niet doorgaan.
Deze botsingen ontstaan niet door onwil vanuit de systeemwereld, maar omdat bestuurders het perspectief van actieve burgers niet kennen. En men het best spannend vindt om met deze burgers te praten, want ze denken buiten het bestaande systeem en zijn misschien ook kritisch. Het onbegrip van de systeemwereld leidt tot frustratie, en zorgt er soms voor dat mooie initiatieven stranden en actieve burgers afhaken.
Het bewustzijn over het afhaken van burgers aan de randen van ons land lijkt wel te groeien. Het Kabinet geeft nu bijvoorbeeld uitvoering aan de aanbevelingen van het onderzoek Elke Regio Telt. Dit adviesrapport laat zien hoe regio’s aan de randen van Nederland al decennia genegeerd zijn vanuit ‘Den Haag.’ Om dit aan te pakken zijn er nu regiodialogen, maar helaas met opnieuw dezelfde systeemfout. Regionale bestuurders bepalen de agenda en wie er aan tafel zitten tijdens de dialoog. Voor hen is het betrekken van actieve burgers maar ‘lastig’. Overheden kiezen sneller voor het betrekken van geslaagde initiatieven en burgers met positieve ervaringen. Daardoor komen de ervaren problemen echter moeilijker op tafel. Terwijl burgers niet zomaar zijn afgehaakt.
Het aanhaken van burgers aan de randen van Nederland vraagt om een continue dialoog. Om structurele investeringen in krachtige gemeenschappen. Om een dorpsvisie in elk dorp, waar bewoners graag zelf aan meebouwen. Aan een land waar elk mens in elke regio telt. Laten we daar op inzetten!
Maarten Koreman werkt voor de LVKK Landelijke Vereniging voor Kleine Kernen. Recent promoveerde hij op de toekomst voor jongvolwassenen in plattelandsgebieden. Hij is ook Fellow van het WI.